Advertentie
Bij Sony zijn sommige zaken soms net even anders dan bij andere bedrijven. Dat geldt ook voor telefoons. Eerder stonden we stil bij de Xperia 10 VI, het nieuwe instapmodel dat voor 400 euro in de winkels is te vinden. Nu is het tijd voor de Xperia 1 VI, met de Qualcomm Snapdragon 8 gen 3-soc aan boord en een prijs van 1.399 euro.
Wanneer je hem in de hand pakt en daarvoor je de goedkopere 10 VI hebt bekeken dan heb je het gevoel dat je inderdaad twee totaal verschillende telefoons in handen hebt. Dat klopt ook want de 1 kost ruim 3x zoveel als de 10. Waar de goedkopere opvalt in formaat en gewicht, is de 1 VI een stuk minder uitzonderlijk. Hij heeft een 6,5 inch-scherm en weegt 192 gram.
Ook bij dit model biedt Sony nu langere ondersteuning. Je kunt drie Android-updates en vier jaar veiligheidsupdates verwachten. Daarmee is Sony niet de slechtste, maar ook niet de beste in de markt. Natuurlijk is meer beter, maar het is wel in lijn met veel concurrerende modellen. De matige ondersteuning was toch wel een van de grootste minpunten van de Xperia-toestellen tot nu toe.
Voor dit model heeft Sony gekozen voor de Snapdragon 8 gen 3, een chip die we ook bij Asus, Xiaomi, OnePlus én natuurlijk Samsung terug hebben gezien. Met een (advies) prijs van 1.399 euro zit Sony onder Samsung maar boven veel andere concurrenten. Dat betekent dat Sony wel wat voordelen moet bieden om de hogere prijs waar te maken. Onze favoriet in deze klasse tot nu toe is de OnePlus 12, die nu voor zo’n 899 euro verkocht wordt. Dat is een telefoon met uitstekende prestaties en een lange accuduur. In onze test haalden we 18 uur en 50 minuten. Ook deze Sony doet het op dit vlak uitstekend: de accu was na 18 uur en 20 minuten leeg, een half uurtje minder dan de OnePlus dus. Niet de beste, maar voor een high-end telefoon wel een erg goede score. Een high-end telefoon heeft immers een snelle processor aan boord en die lusten nu eenmaal best een beetje energie.
De vormgeving van de 1 VI is anders dan de 10 VI. Hoewel niet helemaal vast te pakken in meetmethoden: de 10 VI ligt lekkerder in de hand. De 1 VI heeft een ruwe achterkant en een geribbelde zijkant. Dat voelt heel apart aan, mogelijk raak je er na verloop van tijd aan gewend, maar de zacht aanvoelende 10VI heeft onze voorkeur.